Een lawine is, doorgaans, een grote sneeuwmassa die van een helling omlaag komt. Het begrip “lawine” wordt ook gebruikt in verband met andere materialen die massaal naar beneden komen, bijvoorbeeld “modderlawine” of “steenlawine”. Een sneeuwlawine kan zo groot zijn dat hele dorpen door de sneeuw begraven worden, maar ook een kleine lawine kan dodelijk zijn als men eronder geraakt.
Ter lering en ergernis. Een redding zoals het niet moet! Voor iedereen die nog steeds denkt dat een beetje buiten de piste best kan zonder kennis en spullen…Door Maarten Huisman
- Ontstaan
- Soorten lawines
- Gevaren
- Lawinekunde
- De verschillende gradaties
- Lawineongeluk, praktische tips
- Hulpmiddelen bij Lawineongevallen
Ontstaan van lawines
Bij het ontstaan van sneeuwlawines, spelen verschillende factoren een rol. Het samenspel van factoren is zo complex, dat het voorspellen van lawines alleen beperkt mogelijk is. Zelfs ervaren berggidsen kunnen door lawines verrast worden.
De sneeuwlaag in de bergen is zelden homogeen. De opbouw wordt beïnvloed door de hoeveelheden gevallen sneeuw en de kristalstructuur, die op zijn beurt voortdurend beïnvloed wordt door temperatuur, zon en wind. Daardoor kunnen in de sneeuwlaag zones met een lage hechting ontstaan. Ook kan de sneeuwlaag als geheel slecht met de ondergrond verbonden zijn, bijvoorbeeld als die bestaat uit lang, ongemaaid gras. In het algemeen is het lawinegevaar tijdens en kort na grote hoeveelheden verse sneeuwval het grootst, maar ook verstuivingen kunnen plaatselijk het lawinegevaar sterk verhogen. Uiteraard is de steilheid van de helling van invloed, maar ook bij een hellingsgraad van 25 graden kan een lawine ontstaan.
De directe oorzaak voor een lawine is het toenemen van de belasting op de sneeuwlaag, bijvoorbeeld door een wintersporter, of afname van de sneeuwvastheid, door regen of temperatuurverhoging. De eerste mooie dag na sneeuwval is doorgaans bijzonder risicovol.
Soorten lawines
- Schneebrettlawine
De schneebrettlawine (frans= plaque, Eng= Slab) is het als een geheel wegglijden van de bovenste sneeuwlaag. Deze laag gedraagt zich als een plank of plaat (duits: Brett), al hoeft de sneeuw niet hard te zijn. Het wegglijden van de bovenlaag heeft meer te maken met de hechting van de sneeuwlagen onderling. Gewonden ontstaan bij dit type lawine vooral doordat ze tegen stenen of bomen gedrukt worden, en minder door verstikking. - Poedersneeuwlawine
Een poedersneeuwlawine ontstaat op steile hellingen. De vallende sneeuw wervelt steeds meer sneeuw op en er ontstaat een lucht-sneeuw mengsel dat aanvankelijk met een snelheid van 100km/uur beweegt, maar uiteindelijk snelheden tot 3x zo hoog kan bereiken. Er ontstaan gevaarlijk grote drukgolven. - Droge sneeuwlawine
Een droge sneeuwlawine (Duits: Lockerschneelawine) ontstaat in vers gevallen sneeuwval, die zijn eigen gewicht niet kan dragen. Ze ontstaat doorgaans spontaan en heeft een karakteristieke peervorm met een puntvormig begin. - Mengvormen
Van de bovenstaande lawinesoorten zijn ook mengvormen mogelijk
Gevaren
Sneeuwlawines kunnen optreden als stuiflawine of als schuif- of rollawine. De eerste verplaatsen zich met hoge snelheid, tot honderden kilometers per uur, en zijn vooral gevaarlijk door de enorme drukgolf die ze veroorzaken. Deze drukgolf kan bomen omblazen en de sneeuw in de longen van slachtoffers persen. Het tweede type lawine is gevaarlijk omdat hij mensen, of ook hele huizen, met zich mee sleurt en onder zich kan begraven. De sneeuw wordt daarbij veelal sterk aangedrukt en is moeilijk weg te graven. Onder de sneeuw kan een tekort aan zuurstof optreden, maar vooral ook een ophoping van kooldioxide uit de uitgeademde lucht van het slachtoffer, dat daardoor stikt. Behalve door verstikking, sterven veel slachtoffers van lawines door onderkoeling.
De overlevingskans van een lawineslachtoffer daalt snel met het verstrijken van de tijd. Na 45 minuten kan nog maar een derde van de slachtoffers levend uit de sneeuw gehaald worden. Kort na de redding bestaat nog steeds een groot gevaar te overlijden, door de zogenaamde “Bergungstod” (Reddingsdood). Daarbij brengt de op gang komende bloed-circulatie zoveel afvalproducten van de stofwisseling uit de ledematen terug naar de centrale organen, dat deze daardoor vergiftigd worden en daaraan kapot gaan.
Door een toenemend aantal wintersporters, neemt, ondanks veiligheidsmaatregelen, het aantal lawineslachtoffers in de Alpen toe. Velen van hen vallen buiten de gemarkeerde pistes.
Een sterke bodembedekking, zoals een gezond bos of speciale hekwerken, kunnen de kans op een lawine verkleinen doordat ze de sneeuw vasthouden of afremmen.
De Europese Lawineschaal classificeert het risico dat een lawine optreedt. Deze classificatie betreft doorgaans grotere gebieden en geeft alleen een eerste indicatie van het mogelijke gevaar. Factoren als de steilheid van een helling, sneeuwverwaaiingen, temperatuur, zon, tijdstip op de dag en de oriëntatie van een helling zijn daarnaast op micro-niveau ook van invloed. Onderstaande tabel verklaart de schaalindeling. De kolom “Hoe vaak” geeft aan hoe vaak in een gemiddelde winter deze situatie in Zwitserland optreedt[3].
Lawinekunde
Werner Munter, een bekend Zwitserse lawinekundige, heeft in 2001 de 3X3 reductiemethode ontwikkeld, om het lawinegevaar te kunnen beoordelen. Dit is een statistisch model waarbij men 3 keer de Lawine situatie beoordeeld. De beoordeling gebeurt op basis van Gebied, Regio en Persoon. De beoordelingsmomenten zijn (Thuis) bij het voorbereiden van een tocht, direct voor aanvang van de tocht en tijdens de tocht. De hellingshoek, hellingsexpositie en het gevarenpotentiaal worden beoordeeld op al deze momenten. De 3X3 reductie methode is gebaseerd op lawineongevalsstatistiek van Zwitserland. Zowel door berggidsen als door de rechtspraak in de Europese Alpen landen, wordt deze methode als de meest specifieke gezien.
Michael Hoffmann kwam in de moderne lawinekunde met een alternatieve theorie (‘Relative Sichtweise’) over hoe lawines ontstaan. Hij gaat, in tegenstelling tot Münter, uit van de eigenschappen van de sneeuw en het sneeuwdek. Hij beschrijft dit in “Lawinengefahr” ISBN 3-405-15974-1
Martin Engler ontwikkelde de “factorencheck” en beschreef dit in “Die weisse Gefahr” ISBN 3-9807591-1-3
Tegenwoordig zijn er hulpmiddelen om praktisch het lawine gevaar te beoordelen. Enkele voorbeelden zijn:
3X3 reductie methode
Snowcard visueel hulpmiddel op basis van de 3X3 reductiemethode
Stop or Go beslisregels.
factoren check
check and ride van Ortovox
Sac-reductions methodehttp://www.sac-cas.ch/uploads/media/Reduktion_des_Lawinenrisikos.pdf
Ondanks dergelijke methoden blijven lawines een deels onberekenbaar risiko, zoals onder meer bleek in juli 2007, toen zes zwitserse militairen (berg-specialisten) aan het einde van hun opleiding in een sneeuwlawine bij de Jungfrau om het leven kwamen.
Hulpmiddelen bij Lawineongevallen
Voor alle wintersporters geldt, dat zij er goed aan doen enkele basis hulpmiddelen bij zich te dragen bestaande uit een:
- lawinepiep
- sneeuwschep
- sneeuwsonde
Aanvullend kunnen gedragen worden een:
- Recco-reflector
- Lawineball
- Lawinelint
- Lawine-airback of een Avalung